Bijzondere momenten van verstilling en bijna opera-achtig drama –
Tjako van Schie
Op de vraag wat is je beroep zegt Tjako: muzikant en dan in de breedste zin van het woord. Tjako is de vaste pianist voor de Vlinderprinses.
Gepingel beneden en geklooi met de kabelradio
Tjako van Schie (1961) is geboren in Coevorden. Wie heeft de grootste invloed gehad op zijn muzikaliteit?“Oei”, zegt Tjako, “ik denk dat mijn moeder daar de grootste invloed op heeft gehad. Zij speelde zelf een beetje piano. En als ik dan ’s avonds in mijn bedje lag, hoorde ik haar beneden wat pingelen. Ik denk dat het daarmee begonnen is. Vader speelde een beetje gitaar. Mijn moeder was ook geïnteresseerd in klassieke muziek, dus vandaar”.
Vroeger aan de van Ruysdaelstraat in Coevorden hadden ze kabelradio. “Bij ons stond ook altijd Hilversum vier aan. Mijn vader nam het op met een bandrecordertje en zat dan wat te klooien met de kabelradio. En zo is het een beetje begonnen”.
Goldbergvariaties
Toen hij vier was, wilde hij al graag op pianoles. En nu is hij componist en pianist. Wat doet hij het liefst? Zonder aarzeling zegt Tjako: “ik speel het liefst piano, maar nu je wat ouder wordt, vind ik het ook leuk om af en toe eens wat dingen te maken. Ik heb al van alles geschreven maar ik vind het ook leuk om een ander instrument wat muziek voor te schotelen of voor ensembles te schrijven of in opdracht. Tjako doet heel veel, 2 dagen per week geeft hij les op het conservatorium in Amsterdam. Dat heet dan correpetitie: begeleidingswerk met instrumentalisten. Daarnaast heeft hij altijd al koren, solisten en audities begeleid. Dat is de hoofdmoot. “Ik ben ook 15 jaar in Portugal bezig geweest aan het conservatorium met een saxofoon-class. Daar was ik gastdocent en ik ging er dan 3x per jaar heen. Dat waren hele leuke workshops met de studenten en de docenten daar”.
In 1986 is hij afgestudeerd op het conservatorium. Hij wilde toen toch eens aan een concours meedoen. En toen hij is naar Bulgarije gegaan voor een internationaal pianoconcours. Er was één Europese jongen bij en dat was hij. Het concours stond in het teken van de Bulgaarse componist Vladigerov. Hij moest een verplicht werk spelen. Hij kende deze man en de muziek niet. Toen hij begon te spelen begon iedereen te lachen, want hij speelde veel te snel.
Tjako: “Ik was niet door, maar na afloop kwam iemand uit de jury bij me en die zei: je moet een keer naar Weimar komen voor masterclasses. Daar was een hele workshopweek met concerten. En daar was ook een man van 98 bij die de Goldbergvariaties van Bach speelde. Toen dacht ik dat wil ik ook gaan spelen. Dus als een gek thuis gaan oefenen en daarna heb ik iets van 30 tot 40 concerten gegeven en toen dacht ik, ik zet het op CD”. Dat uitbrengen heeft hij in eigen beheer gedaan met een eigen label onder de naam RondoM. Dit is ook de naam van zijn muziekcentrum in zijn woonplaats Wilhelminaoord, waar hij concerten organiseert zoals b.v. RondoM klassiek. Bach is zijn favoriete componist. “Het is hele goeie muziek, het is de basis van alles”.
Van muziekstijlen naar de Drentse Mozart
“Ik vind eigenlijk alles mooi”, zegt Tjako, “behalve heel veel popmuziek. Ik vind het ongeschoolde muziek, er zitten zeg maar geen diepere lagen in en het is vaak simplistisch. Drie, vier akkoordjes, een beetje ritme en dat is het”. De klassieke muziek is favoriet, maar hij houdt ook veel van de Beatles en symfonische rock vindt hij soms ook mooi.
En nu met de Vlinderprinses? Hij probeert de dingen breed op te pakken. “Ik vind Jan altijd de Drentse Mozart. Hij schrijft zulke goeie liedjes met interessante leuke wendingen. Waarbij ik denk verrek, dat is heel creatief en dan geniet ik ervan om met zijn muziek aan de slag te gaan. Het nodigt ook uit om te improviseren. Bijvoorbeeld bij de zigeunerliedjes dat je dan probeert om zo’n zigeunerorkestje te gaan nadoen, beetje de gypsy-sound opzoeken. En Jan vindt alles best volgens mij, vaak is het ga je gang maar lekker”.
Verstilling en bijna opera-achtig
Wat vindt hij van het project de Vlinderprinses? “Ik vind het geweldig dat zo’n grote club zangers en spelers met zoveel enthousiasme tot zoiets in staat zijn. Het zijn toch unieke dingen en toen Jan mij vorig jaar vroeg: heb je zin om weer mee te doen, heb ik geen moment getwijfeld. “. Wat raakt je het meest? “Het zijn de momenten waarop je, zeg maar, met het gedoe van al die groepen die ruzie maken en last van elkaar hebben, dan zijn er soms momenten van verstilling die ik heel bijzonder vind. Bijvoorbeeld als de man gaat zingen waarom doe ik dit allemaal, hoe moet het verder. Er zit ook bijna opera-achtig drama in af en toe en dat vind ik heel grappig. Dus niet alleen muziekspektakel maar dat het soms ook heel erg de diepte ingaat. De teksten zijn wat mij betreft ook heel dubbelzinnig. Het gaat niet alleen over die tijd maar veel meer over menselijke emoties en verhoudingen. De teksten van Harm zijn ook heel goed”.
Verder merkt hij nog op: “En het is ook nog actueel. Je hebt nu die ultrarechtse partijen waar mensen op stemmen omdat ze onwetend zijn over de toekomst. In onze tijd zit ook veel dreiging: hoe gaat het verder met Oekraïne en Rusland. Mensen nemen vaak beslissingen en weten niet waartoe dat zal leiden. Dat is denk ook het thema van die NSB’er. En daar tegenover de zigeunervrouw die veel heeft meegemaakt en trots is op haar cultuur”
De waarde van muziek
Stel dat hij volgend jaar weer gevraagd wordt, zou hij dan meteen weer ja zeggen? “Ja”, zegt Tjako snel, “geen twijfel. En juist bij deze mensen, deze amateurs merk je dat er een band ontstaat en die gaan er 100% voor bij alles wat ze graag willen laten horen of zien. Professionals daarentegen hebben een heel andere mentaliteit. Het is ook leuk om les te geven aan amateurs. Ik heb zelf als voorbeeld een leerling een amateur, een man die licht dementerend is. Hij leert weinig, maar het is zo waardevol dat hij bezig is met muziek. Die gaat blij bij mij vandaan. De waarde van muziek is dat je mensen daarmee kan stimuleren en beter maken. Bach zei het al: muziek is een medicijn”.
Twee keer een kaartje kopen
Wanneer is voor hem het project geslaagd? “Als iedereen na afloop het eigenlijk nog een paar keer zou willen doen en zegt wat jammer dat het afgelopen is”. Tjako hoopt dat het publiek zegt: had ik het maar twee keer kunnen bekijken, want er gebeurt veel en met een keer kijken heeft men nog niet alles gezien. “Dus ik raad aan om twee keer een kaartje te kopen”, zegt hij lachend.
De organisatie vindt hij ontzettend knap, dat je het met zoveel mensen voor elkaar kunt krijgen. Het is bijna gewoon een dorp besturen. Als je Gerrit, Jan en Harm als team ziet, dan doen ze dat op een hele leuke manier. Ze krijgen iedereen mee. En wat ervoor komt kijken. Ik vind het heel knap dat ze dat met z’n drieën zo kunnen aansturen” Als muzikant heeft hij er toch ook veel tijd ingestoken? “Ik heb wel steeds gekeken hoe kun je het koor beter krijgen en steeds samen met Jan afgestemd en dan kun je je professionele blik erover laten glijden. En ik geloof dat ze daar wel blij mee zijn”, zegt hij behoorlijk bescheiden.
Tekst: Gienus Woldring
Foto’s: Henk Siepel